Beeld: Joost Hoving en Pepijn van den Broeke
Publicatiedatum: Augustus 2025
Wat ervaren jullie als de grootste opgave op het gebied van water?
Merel: ‘Water raakt álles: landbouw, ruimtelijke ordening, klimaat, natuur. We hebben als maatschappij gigantische keuzes te maken als het gaat om beschikbaarheid, bodemdaling, kwaliteit enzovoort, maar niemand lijkt ze echt te willen maken. We moeten eerlijk naar elkaar durven zijn over de toekomst. Alleen dan kunnen we realistisch anticiperen en duurzaam investeren.’
Hilde: ‘Waterkwaliteit en -kwantiteit zijn daarbij te belangrijk om als waterschap bij andere overheden op de achterbank te zitten. Nu zie je dat gemeenten of provincies vaak over het waterschap heen beslissen. Terwijl het waterschap wéét wat de grenzen van ons watersysteem zijn én wat er in een gebied werkt.’
Wat hebben jonge boeren nodig van overheden?
Hilde: ‘Vooral duidelijkheid. Wij investeren voor de lange termijn. Als we weten wat er kan en mag, passen we ons aan. Maar als alles blijft zweven, wordt het heel moeilijk. Waterschappen weten heel goed wat er moet gebeuren, maar zijn te voorzichtig. Ze zouden zich steviger mogen opstellen in het debat, juist omdat zij de kennis en ervaring hebben.’
Merel: ‘Als je kijkt naar waterschappen, dan begint het met samenwerken. We zien op sommige plekken al goede voorbeelden, zoals gebiedsgerichte aanpakken waarin boeren en waterschappen sámen werken aan waterkwaliteit of peilbeheer. Daar ontstaat wederzijds vertrouwen. Waterschappen kunnen daarin het initiatief nemen met data, kennis en praktische oplossingen. Maar het allerbelangrijkste is: voer als waterschap het gesprek met ondernemers over de toekomst van water in het gebied.’
Hilde Coolman
Hoe kijken jullie aan tegen de Kaderrichtlijn Water (KRW)?
Hilde: ‘De KRW is voor ons een van de grootste uitdagingen. De doelen zijn duidelijk, maar de weg ernaartoe ontbreekt. We gaan ze waarschijnlijk niet allemaal halen. Dat zorgt voor veel onzekerheid. Wat gebeurt er als doelen niet gehaald worden? Komen er rechtszaken? Die dreiging ondermijnt de bereidheid om stappen te zetten. Want als er toch generieke sancties volgen, wat heeft nu stappen zetten dan nog voor zin?’
Merel: ‘We stevenen met de KRW af op een stikstofcrisis 2.0. Het beleid is versnipperd, de verantwoordelijkheid ligt verspreid. Tegelijkertijd geloof ik dat we als jonge boeren wél anders naar de opgaven kijken dan de generatie hiervoor. Niet met weerstand, maar met de gedachte: als ik over dertig jaar nog boer wil zijn, moet ik hierin mee. Die houding helpt.’
Jullie pleiten dus voor keuzes, ook als die pijnlijk zijn?
Merel: ‘Absoluut. De rek is eruit. Onze bedrijven staan al jaren stil in afwachting van beleid. Maak een keuze, dan weten wij waar we aan toe zijn. Zelfs als het niet in ons voordeel is. Wees eerlijk over de mogelijkheden van ons watersysteem in de toekomst en laten we samen bepalen welke ruimtelijke keuzes hierbij passend zijn.’
Hilde: ‘Het mooiste zou zijn als landbouw niet langer de sluitpost is van ruimtelijke keuzes. Men geeft ons bestaansrecht, maar daar hoort ook ruimte bij. Als overheid of waterschap kies je óf voor landbouw in een gebied, óf niet. Maar zeg het dan. Pas daarna kunnen wij duurzame keuzes maken.’
Merel Straathof
Hoe is het om als jonge generatie het gesprek te voeren met oudere boeren én beleidsmakers?
Merel: ‘Het botst soms met de generaties boven ons, ja. Dat is niet vreemd, we zijn opgegroeid met andere waarden. Daarbij hebben zij vaak meegemaakt dat beleid werd uitgesteld. Dat maakt het lastig om nu ineens wel grote stappen te zetten. Tegelijkertijd: wij willen vooruit. Voor ons is klimaatverandering niet nieuw. We zijn opgegroeid met het besef dat verandering nodig is.’
Hilde: ‘Voor wat betreft beleid en praktijk, daar zien wij zeker nog een kloof. De vertaalslag ontbreekt nog in veel gevallen. Daarom is onze rol ook belangrijk: wij weten wat er op het erf werkt én hoe het landelijk beleid in elkaar zit.’
Wat kunnen waterschappen concreet doen om de samenwerking te versterken?
Merel: ‘Zorg dat je als waterschap ook aan tafel zit bij grote ruimtelijke keuzes. Werk samen met medeoverheden en stimuleer het maken van keuzes over welke functie waar leidend is. Als het principe water en bodem sturend de basis is, dan is de kennis van waterschappen cruciaal. Ondersteun daarbij agrariërs in gebieden waar waterschaarste, verzilting of bodemdaling aan de orde is met kennis en advies.’
Hilde: ‘En blijf het gesprek voeren met boeren in het gebied. Sluit aan bij initiatieven zoals het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer, werk samen met boeren en andere partijen. Niet als tegenpartij, maar als partner.’
Wat motiveert jullie om in deze ingewikkelde tijd toch boer te blijven?
Hilde: ‘De trots op ons werk en het voedsel dat we produceren. En het gevoel dat we als jonge generatie echt iets kunnen veranderen. Maar dan moeten we wel de ruimte krijgen om dat waar te maken.’
Merel: ‘Ik zie heel veel kansen. Alles moet de komende decennia anders, dat biedt ook ruimte voor innovatie. Maar alleen als overheid en sector elkaar weten te vinden. Als dat lukt, geloof ik echt in een toekomst voor de landbouw in Nederland.’