Beeld: Edith Paol
Publicatiedatum: Augustus 2025
Het gesprek begint scherp. Ton uit tijdens het voorstelrondje zijn zorgen over de gevolgen van gewasbeschermingsmiddelen voor natuur, biodiversiteit en volksgezondheid. ‘De open teelt van bloemen is wat mij betreft onhoudbaar. Middelen die zijn toegestaan, zijn niet automatisch veilig. Zeker niet in combinatie of op lange termijn.’ John, bloembollenkweker en zesde generatie in het familiebedrijf, reageert: ‘Ik ben het daar totaal niet mee eens. Het voelt alsof ik me nu wéér moet verdedigen. Ik zie óók dat het anders moet. Daar werken we als sector hard aan. Alleen lukt het niet van de ene op de andere dag. En als je eerlijk bent: afval uit drugsproductie of medicijnresten levert vaak veel meer werkzame stoffen op in het water. Daar mogen we ook naar kijken.’ Ton reageert: ‘Dat ben ik met je eens.’ John: ‘Wat ik lastig vind, is dat er vaak vooral wordt benoemd wat er níét goed gaat in onze sector. In ons familiebedrijf zijn we juist gewend om voortdurend te verbeteren en vooruit te kijken. Om het beter achter te laten voor de volgende generatie. Polarisatie helpt daar niet bij. We zijn met veel mensen en veel wensen op een klein stukje land. Als je verder wilt, moet je dat samen doen. Dat mis ik soms in het debat.’ Ton: ‘Ik ervaar juist dat het waterschap een plek is waar wél naar oplossingen wordt gezocht voor de lange termijn.’
Hoe zijn jullie eigenlijk in het waterschapsbestuur terechtgekomen?
Ton: ‘Als gepensioneerd kinderarts maak ik me grote zorgen over de leefbaarheid van de aarde voor komende generaties. Toen ik lid werd van de Partij voor de Dieren, ben ik actief geworden in de programmacommissie. In 2023 deden we voor het eerst mee aan de waterschapsverkiezingen. We kwamen met twee zetels in het algemeen bestuur van Waterschap Limburg. Als lijsttrekker en vanwege mijn ervaring in andere besturen, ben ik fractievoorzitter geworden.’
John: ‘Ik ben bloembollenkweker in Noordwijkerhout en zit in het bestuur van Rijnland op een geborgde zetel namens de agrarische sector. Besturen naast het bedrijf zit in de familie: mijn opa was poldervoorzitter, mijn vader heemraad. Eerder zat ik in de gemeenteraad en het bestuur van Royal FloraHolland.’
Wat geeft energie in jullie rol?
Ton: ‘Wat ik waardeer, is dat er in waterschappen echt inhoudelijk wordt geluisterd. In andere bestuurslagen zie je partijen zich verschansen achter de coalitie. Bij het waterschap kun je als kleine fractie met argumenten het verschil maken. We brengen soms een ander geluid in, en merken dat dit gewaardeerd wordt.’
John: ‘Nieuwe mensen ontmoeten, meedenken over het grote plaatje. Maar het voelt soms alsof je voortdurend in de verdediging zit. Wij gebruiken het land, maar de hele buitenwereld heeft er een mening over. Terwijl veel boeren al jarenlang hun best doen om het landschap in stand te houden.’
John van der Slot
Gewasbescherming: een punt van wrijving. Waar liggen de verschillen?
Ton: ‘Voor mij gaat het om het voorzorgbeginsel. De impact van middelen op mens en natuur is nog te vaak onderbelicht. Zeker in teelten waarbij frequent gespoten wordt. Daar wil ik iets van zeggen, ook al schuurt dat.’
John: ‘En dat snap ik. Maar het is belangrijk om het hele verhaal te vertellen. We hebben de afgelopen decennia tot negentig procent gereduceerd in het gebruik van middelen. Dat laatste stuk is het moeilijkste. Biologisch is niet altijd een realistisch alternatief. Wij investeren volop in precisietechniek, erfemissiepreventie en kennisdeling. Maar ondernemers hebben ook zekerheid nodig.’

Ton Haagen
Waterschap: Waterschap Limburg
Partij: Partij voor de Dieren
In het waterschap sinds: 2023
Is hiernaast gepensioneerd kinderarts, grafisch kunstenaar, schrijver van het boek Een zee te hoog

John van der Slot
Waterschap: Hoogheemraadschap van Rijnland
Partij: Agrarisch
In het waterschap sinds: Oktober 2022
Is hiernaast eigenaar van bloembollenkwekerij FloralColors B.V.
Kunnen jullie elkaar daarin vinden?
Ton: ‘Zeker. Ik zie dat de land- en tuinbouwsector zich heel bewust is van de problematiek. Jongeren denken anders dan hun ouders, en dat biedt kansen.’
John: ‘Wat mij raakt, is dat die jongeren uit onze sector soms de moed verliezen. Als je alleen nog wordt aangesproken op wat fout gaat, haakt de volgende generatie af. Terwijl zij juist openstaan voor innovatie. Dan moet je als overheid en samenleving wel meebewegen. Onze sector heeft perspectief nodig.’
Ton Haagen
Wat is er nodig om die transitie mogelijk te maken?
John: ‘Een eerlijk speelveld. We investeren in duurzaamheid, maar als dat niet gewaardeerd of beloond wordt, is het lastig volhouden. Je bezit is je waarde, maar als je niets meer met je perceel mag en geen vergoeding krijgt, verlies je alles. Dat frustreert.’
Ton: ‘Ik zie dat ook. Daarom is het belangrijk dat de politiek met een helder langetermijnplan komt. Anders raak je mensen kwijt. En als dat langetermijnplan er niet is, dan zie je ook dat ketenspelers, banken en overheden niet opschuiven. Terwijl de wil er wél is bij veel agrariërs.’
Hoe kijken jullie naar de lange termijn in het waterbeheer?
Ton: ‘De wateropgaven zijn enorm. We moeten nu al nadenken over oplossingen voor 2100. Niet alleen dijken ophogen, maar ook nadenken over landschapsinrichting, zoetwatervoorziening, ruimte voor biodiversiteit. Daarin zie ik een belangrijke rol voor de waterschappen.’
John: ‘In onze regio speelt verzilting. Door opkomend kwelwater wordt het steeds moeilijker om het gebied zoet te houden. Daar zijn een aantal stevige uitspraken over gedaan, dat bollenteelt straks wellicht niet meer mogelijk is, maar de techniek biedt oplossingen: ondergrondse opslag, zoetwaterbassins, druppelirrigatie. Maar daar moet je wél in investeren.’
Ton: ‘Een mooie oplossing richting 2100 zou een tweede duinenrij zijn voor de Noordzeekust. Dat heeft allerlei voordelen: waterveiligheid, maar ook ruimte voor waterbassins om die verzilting op te lossen, verplaatsing van Schiphol… Alleen met dijken verhogen gaan we het niet redden.’
John: ‘Ik heb dat ook wel eens opgebracht in het bestuur. Zie, we vinden elkaar toch nog.’

Over elkaar vinden gesproken: hoe zorg je er in het bestuur voor dat je ondanks inhoudelijke verschillen met elkaar door één deur kan gaan?
John: ‘Je moet op de bal spelen, niet op de man. Zo hoort het.’
Ton: ‘Precies. Als je het erover eens bent dat iets een probleem is, kun je ook samen naar oplossingen zoeken. Daar kun je elkaar in vinden.’
John: ‘En soms moet je accepteren dat je het oneens bent. Zolang je maar samen verder komt. Wat ik lastig vind, is dat de Partij voor de Dieren zich zo scherp uitspreekt. Dan zet je elkaar klem.’
Ton: ‘Wij zijn de luis in de pels. En het mooie is dat we daarmee andere partijen weer aan het denken zetten.’